Braassemermeer: Carpe Diem

0

Achter Alphen aan den Rijn zijn oude tijden nog lang niet vervlogen. Je fietst er langs rivieren, weteringen en het Braassemermeer, waar mensen nog op traditionele wijze paling vissen en roken.

Palingvissers lijken een uitstervend ras. Sinds de paling (of aal) het stempel ‘bedreigde diersoort’ heeft gekregen, is het aantal vissers drastisch gedaald. Maar Sjors van Veen (35) en zijn vader Jan willen de traditie, die al bij opa begon, niet zomaar opgeven. ‘’Vissen is een manier van leven’’, vertelt Sjors, terwijl hij over het Braassemermeer uitkijkt. ‘’Op het water zijn, is heerlijk. Het geeft een gevoel van vrijheid.’’ Sjors – rossig haar en dito baard – is druk in de weer bij een gebouw waarop ‘Viswinkel’ en ‘Palingrokerij’ is geschilderd. Hij werkt zeven dagen per week van zonsopgang tot tien uur ’s avonds. ‘’Dan zet ik de netten klaar. Dat is fysiek heel zwaar. Mijn vader vist. Als het licht begint te worden, is hij al weg. Heb je geen hart voor dit leven, dan is het niets. Wij vinden het echt zonde om iets op te geven dat we in jaren hebben opgebouwd.’’ De visser beklemtoont dat hij het meer niet léég vist. Omdat vader en zoon de paling zelf verwerken en met eikenhout roken, hoeven ze niet verschrikkelijk veel te vangen om rond te kunnen komen. Bovendien zetten ze jaarlijks jonge alen uit. ‘’Mijn vader zei vaak dat ik geen visser moet worden. Maar ik vis al van jongs af aan. Het is hartstikke mooi.’’

Aangename harmonie

Tradities, het gebied tussen Alphen aan den Rijn en Roelofarendsveen zit er vol mee. Op de fiets kun je niet alleen gerookte paling proeven, maar kom je om de haverklap lekkernijen tegen, van verse appels tot boerenkaas en eieren. Midden in de Randstad vind je nog een landschap met polders en water waar de wijzers van de klok wat minder snel lijken te lopen. De route begint in Alphen aan den Rijn, een stad die de laatste jaren soms negatief in het nieuws was, maar waar een aangename sfeer hangt. Langs de Oude Rijn rijd je het boerenland in. Bij Boerderij Landlust plukken Tineke Brouwer en Cor Slagt hun Zwijndrechtse wijnperen, die voor een zorginstelling allemaal in de perenmoes belanden. ‘’Vanmiddag  gaan we alle peren koken!’’, roept Tineke vrolijk. De nieuwe weg in hun achtertuin brengt het stadse leven gevaarlijk dichtbij, maar het stel laat zich er niet door beïnvloeden. Cor – getooid met een snor van zo’n twintig centimeter – loopt rond op zijn houten klompen. De kippen eten de wormpjes op zodat de peren veilig blijven. Verderop knabbelen de schapen aan het gras. ‘’Alles is hier puur biologisch, zonder bestrijdingsmiddelen’’, merkt Tineke op. ‘’Dan proef je de smaken weer. Zoveel lekkerder.’’ Tineke wijst naar de noten- en pruimenbomen verderop, die volgens haar altijd bomvol zitten. In de streekwinkel kun je een stukje kaas of een ander streekproduct inslaan. Pas wel op dat je niet te veel meeneemt; je komt straks nog genoeg tegen. Er is nog nauwelijks afscheid genomen of je fietst alweer langs een serie schitterende boerderijen, waar houten kistjes staan opgestapeld, met een zak zigeunerappels of juttenperen voor twee euro.

Vissers in zicht

Ongeknotte, bloeiende wilgen staat trots naast grazende koeien. Ze wijzen de weg naar de Lagenwaardse Molen, een snoezige, roodgeschilderde wipmolen die je al van verre ziet. De stilstaande wieken tekenen zich scherp af in het water. Twee jongens werpen hun vishengels uit. Hun lijn met dobber en haak hangen over de weg. Ze zijn zo aandachtig in de weer, dat de fietsers hen even niet lijken op te vallen. ‘’We passen op hoor, we zien jullie.’’ Je slingers langs de Mariahoeve-logies, een boerderij met vakantiehuisjes die het ‘toeristische’ gebied aankondigen. Over de fietspaden langs de Wijde Aa, de Woudwetering en het Braassemermeer is het een gezellige drukte. Zeilbootjes strijken voorbij en halen chique sloepen in. Er is een scala aan picknickplekjes, maar je kunt ook plaatsnemen op een van de vele terrasjes in het charmante Woubrugge. Heerlijk turen naar de voorbijkomende vaart. Hup, met het pontje over het Paddegat. Voor je het weet, lonkt alweer het terras van Café De Haven naast een oude sluis en haven. En dan ben je nog niet eens bij Palingrokerij Van Veen geweest, een paar wielslagen verderop. Luxeprobleem! Als je niet oppast, ben je zo twee dagen met deze route bezig. Dat wordt kiezen, net zoals Sjors van Veen op gevoel bepaalt waar hij het best de fuiken plaatst. Doet hij het goed, dan vangt hij in twee nachten vijftig kilo vis.

Startpunt: NS-station Alphen aan den Rijn
Afstand: 45 km
Route: Route Alphen aan den Rijn

Lees het volledige artikel van de route Alphen aan den Rijn in het nieuwe nummer van FietsActief. Bestel deze direct in de webshop, zonder verzendkosten.

Rate this post
Deel.

Over de auteur

Geef je reactie